Echte meeldauw
Orde: Erysiphales
Echte meeldauw vormt zich aan de bovenkant van het blad in tegenstelling tot Valse meeldauw die onderop het blad groeit. De schimmel veroorzaakt groeistoornissen en bladsterfte.
Echte meeldauw behoort tot de Zakjeszwammen (Ascomycetes). De ascosporen bevinden zich in zakjes in z.g. cleistothecia, die afhankelijk van de mate van rijpheid in kleur varieëren van wit, naar geel/oranje, naar bruin tot zwart. De cleistothecia vormen afgesloten vruchtlichamen en de sporen komen pas vrij als het cleistothecium openbarst.
De cleistothecia van echte meeldauw zijn het favoriete voedsel van een specifieke stam van lieveheersbeestjes, de Psylloborini, waarvan in Nederland het Meeldauwlieveheersbeestje (Halyzia sedecimguttata) inheems is en vooral gevonden kan worden in bossen op essen en esdoorns.
Alle soorten uit de orde Erysiphales worden Echte meeldauw genoemd. De soorten zijn soms gebonden aan een specifieke gastheer maar andere kunnen meerdere gastheren (geslachten of soorten) infecteren. De hieronder afgebeelde echte meeldauwsoort tast alleen de bladeren van de Noorse esdoorn aan terwijl de nauw verwante Sawadaea bicornis de Spaanse aak (Acer campestre) en de Gewone esdoorn (Acer pseudoplatanus) belaagt. Echte meeldauw groeit het best bij temperaturen tussen 20 en 30℃ onder invloed van een kleine hoeveelheid vocht zoals bv. dauwdruppels.
Foto’s echte meeldauw (Sawadaea tulasnei) op Noorse esdoorn (Acer platanoïdes).
Doorsnede cleistothecia: 140-190 µm